Op veel standplaatsen zijn we genoodzaakt een parkeerbeugel te plaatsen. Zo ben jij zeker van een beschikbare parkeerplek als je terugkeert. Helaas kunnen of mogen we niet op elke standplaats een parkeerbeugel plaatsen.
We hebben verschillende soorten beugels. De sleutel van de beugel is steeds bevestigd aan de autosleutel.
De instructiefilmpjes hieronder leggen je uit hoe ze te gebruiken.
Beugel type 1
Rechtzetten: trek de parkeerbeugel recht. Het slot wordt automatisch geblokkeerd.
Neerleggen: neem de sleutel van de parkeerbeugel, die zich bij de contactsleutel van de wagen bevindt. Steek de sleutel in het sleutelgat. Duw de beugel lichtjes naar binnen toe en draai de sleutel verder. Haal de sleutel uit het slot en leg de beugel helemaal plat.
Beugel type 2
Rechtzetten: Trek de parkeerbeugel recht tot hij vastklikt. De beugel blijft automatisch rechtstaan.
Neerleggen: Het slot van deze beugel zit helemaal onderaan. De sleutel van de beugel hangt aan de sleutel van je wagen. Steek de sleutel in het slot en draai het slot een kwartslag tot je voelt dat de beugel losklikt. Opgepast, zorg hierbij dat de beugel mooi recht staat (i.t.t. andere modellen geen kracht zetten / niet duwen tegen de beugel terwijl je het slot losdraait). Wanneer de beugel losklikt, haal je de sleutel weer uit het slot en leg je de beugel helemaal plat.
Beugel type 3
Rechtzetten: trek de parkeerbeugel recht. Het slot wordt automatisch geblokkeerd.
Neerleggen: neem de sleutel van de parkeerbeugel, die zich bij de contactsleutel van de wagen bevindt. Steek de sleutel in het sleutelgat. Duw de beugel lichtjes naar binnen toe en draai de sleutel verder. Haal de sleutel uit het slot en leg de beugel helemaal plat.